Guidance meerdaagse

Beoordeling lange termijn door meteoroloog

Geldig van donderdag 01 januari tot dinsdag 13 januari

Synoptische ontwikkeling:

We verkeren onder invloed van een grootschalig sturend lagedrukgebied boven het zuiden van Scandinavië en het Oostzeegebied. Op de Atlantische Oceaan ligt een dipoolblokkade met de as langs 25 °WL. Rond 6 januari wordt de dipoolblokkade afgebroken. Er trekt dan een lagedrukgebied over de noordoostelijke Atlantische Oceaan zuidoostwaarts. In veel Leden vormt zich een grootschalige hoogtetrog boven West- en Midden-Europa met een groot sturend lagedrukgebied boven Scandinavië en het Noordzeegebied. Het zwaartepunt van dit laag verplaatst zich langzaam westwaarts waardoor de stroming boven de Atlantische Oceaan westelijk wordt. De spreiding tussen de afzonderlijke leden is groot.

Modelbeoordeling en onzekerheden:

Tot ongeveer 5 januari is het grootschalige stromingspatroon eenduidig. Wij bevinden ons in koude maritiem polaire lucht met winterse buien. Er is echter een aanzienlijke onzekerheid vanwege kleinschalige storingen (troggen, polar lows) die aan de westflank van het laag over de Noordzee zuid- en bij Nederland zuidoostwaarts trekken. Tot en met 5 januari is er redelijke (ongeveer 40%) kans op sneeuw van betekenis (dwz 3 cm of meer/etmaal), maar de onzekerheid waar en wanneer de meeste sneeuw valt is groot. Vooralsnog is de kans op 3 januari het grootst. In de hogere delen in het midden en oosten (stuwwallen) en in het zuiden van Limburg is de kans op sneeuw die langer dan een halve dag blijft liggen het grootst. Aan de kust is de neerslagintensiteit duidelijk groter dan verder landinwaarts, dus ook daar kan sneeuw van betekenis vallen. De maximumtemperatuur is sterk afhankelijk van de sterkte van de aanlandige stromingscomponent, aan de kust wordt het 3-5 °C maar landinwaarts kan de temperatuur bij een sneeuwlaag dichtbij nul blijven. Overigens moet wel worden opgemerkt dat sneeuw in het EC-model te makkelijk blijft liggen. Vanaf 6 januari is de voorspelbaarheid laag. De algemene tendens is naar een westelijke stroming, maar de spreiding in de ligging van de afzonderlijke druksystemen is groot. Er blijft, gezien de neerslagkans (circa 50%) een aanzienlijke lagedrukinvloed. Wanneer lagedrukgebieden ten zuiden of oosten van Nederland trekken verkeren we in koude lucht zodat sneeuw mogelijk blijft. De kans daarop is ongeveer 30%. De temperatuurverdeling blijft na 6 januari aan de koude kant. Mogelijk is er een (sterk) negatieve bias als gevolg van het te langzaam smelten van een sneeuwlaag in het EC-model.

Samenvatting meerdaagse-periode:

Op Nieuwjaarsdag aan de kust veel wind. Wisselend bewolkt met buien, die steeds meer een winters karakter krijgen. Op meerdere plaatsen ontstaat vanaf vrijdagavond een sneeuwlaag. Vanaf de nacht naar zaterdag vriest het landinwaarts licht, lokaal matig. Overdag komt de temperatuur op de meeste plaatsen enkele graden boven nul.

Samenvatting EPS-periode:

De verwachting is onzeker. Waarschijnlijk wordt het geleidelijk minder koud, maar eerst is er nog ongeveer 30% kans op sneeuw die blijft liggen.

Paraaf meteoroloog: Huiskamp

Uitgifte: 30/12/2025 05.26 uur LT