Zomervakantie in Nederland, de een moet er niet aan denken, de ander zweert erbij. Vanwege het coronavirus blijven meer mensen dan ooit deze zomer in Nederland. Dat betekent minder reizen en minder CO2 uitstoot en is dus positief voor het klimaat. Hoog tijd om de 'klimatologische geschiktheid’ van Nederland als vakantieland te meten. En te kijken naar de vraag of deze verandert nu het klimaat opwarmt en hittegolven en zomerse hoosbuien steeds intenser worden.
Allereerst, Nederland doet het niet slecht qua vakantieweer. Zelden is het drie weken achter elkaar te heet, te koud, te zonnig, te grijs, te winderig of te nat. Een index die dit probeert te kwantificeren is de Tourism Climatic Index (TCI). De TCI is gebaseerd op temperatuur, zonneschijnduur, neerslag en wind, en neemt waardes aan tussen 0 (volledig ongeschikt voor toerisme) en 100 (subliem). Omdat smaken verschillen zullen zeilers en surfers natuurlijk andere definities van ‘goed’ vakantieweer hanteren dan strandgangers, fietsers, museumbezoekers, trailrunners of ballonvaarders. Zij hebben weinig aan de TCI, die vooral een maat is voor de geschiktheid voor een stedentrip.
Is de TCI>60 dan wordt gesproken van ‘goed’ weer, boven de 80 van ‘excellent’ weer. De jaarlijkse gang in TCI (figuur 1) laat zien dat mei tot en met september optimaal zijn, en dat er een positieve trend in het voorjaar is. Het ‘optimale’ seizoen is de afgelopen decennia dus langer geworden. Dit komt met name door de sterke opwarming en meer zonneschijn in het voorjaar. In de traditionele vakantiemaanden juli en augustus is echter nauwelijks sprake van verandering. Sterker nog, verdere opwarming zal de TCI doen afnemen in deze maanden (zie de oranje punten). Het zal vaker te warm zijn om comfortabel van een stadse omgeving te kunnen genieten.
Wat geeft een dag nu een heel hoge (of lage) TCI? Figuur 2 laat zien hoe de ‘beste’ en ‘slechtste’ zomerdagen (juni-juli-augustus, gemeten naar TCI) verdeeld zijn in termen van TCI en andere weerparameters. Hierin zien we duidelijk dat TCI een zogenoemde samengestelde grootheid is: een dag met gemiddeld 19 graden kan zowel tot de ‘beste’ dagen behoren, maar ook tot de ‘slechtste’ als het bijvoorbeeld stevig regende, de luchtvochtigheid hoog was, of het hard waaide. Om tot de meest geschikte dagen te behoren is de afwezigheid van neerslag een voorwaarde, alsmede een groot aantal uren zonneschijn.
Tot slot kijken we nog even naar kansen. Stel je gaat 14 dagen in Nederland op vakantie ergens in juni-juli-augustus. Hoe groot is dan de kans op zeven of meer dagen ‘excellent’ weer (TCI>80)? Figuur 3 laat zien dat dit ongeveer 50 procent is. Best hoog dus. De kleine toename in de recente periode, komt met name door de maand juni. Maar opnieuw geldt dat in een verder opwarmend klimaat de kansen op langdurig excellent weer aanzienlijk afnemen (oranje lijn). Volgens de criteria van TCI wordt het dan vaak te warm. Daarentegen is de kans op zeven of meer dagen ‘slecht’ weer (TCI<30) heel klein. Al met al is het Nederlandse zomerweer dus behoorlijk goed!
De temperaturen op Spitsbergen, een archipel in het noordpoolgebied, blijven onder invloed van kl...
04 oktober 2024 - KlimaatberichtOrkaan Helene heeft afgelopen weekend voor veel slachtoffers en schade gezorgd in Amerika. De sto...
04 oktober 2024 - NieuwsberichtHet klimaat verandert en dat merken we bijna iedere dag. Het KNMI is de afgelopen jaren veranderd...
03 oktober 2024 - NieuwsberichtSeptember was ruim een graad warmer dan het langjarig gemiddelde: gemiddeld was het 15,8 °C tegen...
30 september 2024 - Nieuwsbericht