Zeer warm, zonnig en droog
Met een gemiddelde temperatuur van 18,5 °C tegen 17,5 °C was het de op drie na warmste zomer sinds het begin van onze metingen in 1901. Alleen de zomers van 2018, 2003 en 2022 waren warmer. In 2006 werd het ook 18,5 °C
Hoewel er twee hittegolven waren, was het nooit langdurig zeer warm. De zomer viel vooral op doordat er weinig koele dagen waren.
Juni was met gemiddeld 18,3 °C tegen normaal 16,2 °C de op één na warmste juni sinds 1901. De eerste decade verliep vrij koel. De laagste temperatuur van deze zomer, 3,6 °C, werd op 11 juni in Deelen gemeten. Daarna was het warm met maximumtemperaturen meestal tussen 25 en 30 °C. Juni was zeer zonnig en droog.
Juli was met 19,0 °C warm, normaal is 18,3 °C. De hittegolf die op 28 juni begonnen was eindigde op 2 juli. De eerste twee dagen was het extreem warm met in het zuidoosten maximumtemperaturen van meer dan 35 °C. Van 30 juni tot en met 2 juli gold in het zuidoosten code oranje voor extreme hitte. De hoogste temperatuur van deze zomer werd op 2 juli met 39,0 °C in Beek gemeten. Daarna was het enige tijd vrij koel. De rest van de maand was het gematigd zomerweer met kortdurende warmte rond 19 juli. Er viel iets minder neerslag dan normaal, de zonneschijn was vrijwel normaal
De maand augustus was met een gemiddelde temperatuur van 18,2 °C (normaal (17,9 °C) warmer dan normaal. Het was vaak gematigd zomerweer, maar van 11 tot en met 15 augustus was het heet, wat de tweede hittegolf van de zomer opleverde. Rond 22 augustus was het enkele dagen vrij koel. Met gemiddeld 236 uur zon (normaal 205 uur) was het ook een zonnige maand. Het was ook droog, landelijk gemiddeld viel 35 mm, normaal is 83 mm.
In De Bilt waren er deze zomer 78 warme dagen, 29 zomerse dagen en 8 tropische dagen. Normaal zijn dat er respectievelijk 64, 22 en 5. In het zuiden waren er 40 tot 48 zomerse dagen en 10 tot 14 tropische dagen. Normaal zijn dat ongeveer 30 zomerse en 8 tropische dagen.
Met landelijk gemiddeld 159 mm neerslag tegen normaal 224 mm was het een droge zomer. Omdat de neerslag vaak tijdens (zware) buien viel waren de verschillen van plaats tot plaats groot. In het westen en zuiden was het op veel plaatsen zeer droog. Het droogste automatische KNMI-station was Eindhoven, met slechts 100 mm. In het noordoosten was de neerslagsom normaal, plaatselijk was het daar duidelijk natter dan normaal. Het natste weerstation was Nieuw Beerta met 290 mm.
Eind augustus bedroeg het landelijk neerslagtekort ongeveer 265 mm. Normaal is dat ruim 100 mm. Qua neerslagtekort hoort 2025 tot en met eind augustus tot de 5% droogste jaren. Het neerslagtekort was het grootst in het zuiden en het noordwesten met ongeveer 300 mm. In het noordoosten week het neerslagtekort nauwlijks af van het langjarig gemiddelde.
In juni was met gemiddeld 51 mm tegen normaal 64 ongeveer de normale hoeveelheid neerslag. In het noordwesten en noorden en plaatselijk in het midden van Limburg en in de Achterhoek was het natter dan normaal. In een strook van Zeeland en Zuid-Holland naar het noordwesten van Overijssel was het duidelijk droger dan normaal. De regen viel grotendeels in de eerste tien dagen van de maand. Van 5 tot en met 8 juli viel in het westen en noorden veel regen. Van 11 tot en met 25 juni bleef het op de meeste plaatsen droog. Op 26 juni viel in Zeeland en het noordoosten 10-20 mm, op andere plaatsen viel veel minder.
Met gemiddeld 72 mm tegen normaal 78 mm regen was juli wat droger dan normaal. In het noordoosten en oosten, maar ook plaatselijk in Noord-Holland en Flevoland waren er veel plaatsen waar meer dan 100 mm viel. De natste plaatsen hadden circa 150 mm regen. In de zuidelijke helft, maar ook in delen van het noordwesten was het op veel plaatsen aanzienlijk droger dan normaal.
2 juli code oranje voor zware onweersbuien
Op 2 juli gaf het KNMI code oranje voor zware onweersbuien uit in het oosten van Nederland. Langs de oostgrens waren er plaatselijk zware onweersbuien met 20-40 mm regen. In de omgeving van Winterswijk was er aanzienlijke schade door een valwind.
Op 6 juli waren er in de noordelijke helft plaatselijk zware buien. In het noordoosten viel op sommige plaatsen 50-80 mm. Op 20 en 21 juli viel ook weer in de noordelijke helft plaatselijk ongeveer 50 mm regen.
Augustus was met gemiddeld 35 mm (normaal 83 mm) droog. In de noordwestelijke helft viel 40-80 mm. In het oosten en zuiden was het zeer droog met plaatselijk maar 10-20 mm regen. In de eerste week viel plaatselijk de nodige regen. Daarna was het vrijwel droog tot en met 23 augustus. De regen die in de laatste vier dagen van de maand viel zorgde ervoor dat de maand niet extreem droog verliep.
Op de KNMI-neerslagstations viel deze zomer op 7 dagen ergens in Nederland minimaal 50 mm regen.
Met landelijk gemiddeld 743 uren zon tegen een langjarig gemiddelde van 641 uur was de zomer zonnig. Het minst zonnig was het in Nieuw Beerta met 634 uur zon, het zonnigst in Hoek van Holland met 824 uur. Juni was zeer zonnig met na 11 juni volop zon. In juli scheen de zon ongeveer de normale hoeveelheid. Augustus kende veel zonnige dagen. Landelijk gemiddeld scheen de zon in augustus met 234 uur ongeveer 30 uur meer dan normaal.
Het beeld van deze zomer past in dat van het veranderende klimaat: zonnige en warme zomers met een grillig neerslagpatroon.
Normaal=het langjarig gemiddelde over het tijdvak 1991-2020
De Bilt, 3 september 2025 / Adrie Huiskamp.