Deze week start een meetcampagne naar de stedelijke uitstoot van broeikasgassen en luchtvervuiling in de regio Rotterdam. Wetenschappers van diverse onderzoeksinstellingen, waaronder het KNMI, gaan tijdens deze campagne onderzoeken hoe we vermindering van stedelijke uitstoot – die gepland zijn voor de komende jaren in het kader van de energietransitie – kunnen monitoren met atmosferische metingen. Zo is er een fietsroute met een speciale fiets die voorzien is van meetapparatuur, meetvliegtuigen en wordt gebruikgemaakt van meetinstrumenten die luchtstromingen in de stad in kaart brengen.
De campagne loopt van 22 augustus tot 9 september en is onderdeel van het Ruisdael Observatorium, een landelijk dekkend observatorium voor meten en modelleren van de atmosfeer. Stedelijke uitstoot van broeikasgassen en luchtvervuiling worden geschat op basis van berekeningen en door bedrijven opgegeven uitstoot, in plaats van metingen.
Luchtvervuiling wordt gemonitord door het landelijk meetnet luchtkwaliteit. Dat netwerk is niet ontworpen voor het bepalen van uitstoot. Om stedelijke uitstoot te kunnen bepalen uit atmosferische metingen zijn daarom aanvullende metingen nodig. Om zeker te zijn dat geplande uitstootreducties werkelijk worden gehaald - en niet alleen op papier - is het belangrijk om de berekeningen te kunnen testen met onafhankelijke metingen. Deze periode in het jaar is interessant omdat veel activiteiten na de relatief rustige vakantieperiode weer op gang komen. De wetenschappers hopen dit in hun metingen te kunnen zien.
Het centrum van Rotterdam en de haven zijn belangrijke bronnen van broeikasgassen en luchtvervuiling. Naast extra meetinstrumenten op de vaste meetstations in de regio, wordt er tijdens de campagne ook gebruikgemaakt van extra instrumenten geplaatst op auto’s, fietsen, een trailer en twee vliegtuigen, om die bronnen in kaart te brengen. Zelfs vanuit de ruimte zullen satellietinstrumenten meekijken, zoals het Nederlandse satellietinstrument Tropomi dat zich richt op luchtverontreiniging en het NASA OCO-3 instrument voor het meten van kooldioxide.
“Om de emissies vast te kunnen stellen voegt het KNMI aan deze campagne remote sensing apparatuur toe die een ruimtelijk beeld geven van de wind en fijnstof tussen gebouwen en boven de stad,” geeft KNMI-onderzoeker Arnoud Apituley aan. “Daarnaast gebruiken we fijnmazige metingen tussen de vaste meetstations met bijvoorbeeld de fietsmetingen van NO2 met behulp van vrijwilligers”.
Ook gebruikt het KNMI de meetcampagne om te leren hoe de satellietmetingen van Tropomi aan de emissieschattingen van Rotterdam kunnen bijdragen. Apituley: “Hiervoor zetten we in samenwerking met TNO een soort mini-Tropomi instrument in dat boven de stad gaat meten vanuit een klein vliegtuig.” En met de metingen van de campagne worden gedetailleerde modellen van stedelijke luchtvervuiling verbeterd.
Het Ruisdael Observatorium is een wetenschappelijk consortium dat is opgezet om nauwkeurigere en meer gedetailleerde verwachtingen van het weer en de luchtkwaliteit mogelijk te maken. Het is een samenwerkingsverband tussen onderzoekers van het KNMI, RIVM, Universiteit Utrecht, Rijksuniversiteit Groningen, Vrije Universiteit Amsterdam, Wageningen University & Research, TNO, gecoördineerd door TU Delft. De Nederlandse Organisatie voor Wetenschappelijk Onderzoek (NWO) financiert het Ruisdael Observatorium.
De campagne in Rotterdam staat niet op zich, maar is onderdeel van de Europese projecten RI-Urbans en ICOS Cities. In verschillende andere Europese steden waaronder Parijs, Bucharest en Milaan worden deze zomer en herfst ook studies gedaan.
Vandaag is het de dag van de mensenrechten. Het recht op leven, gezondheid, eigendom en wonen sta...
10 december 2024 - KlimaatberichtKNMI klimaatgedicht 2024
05 december 2024 - KlimaatberichtDe nieuwe weersatelliet Meteosat 12 is vanaf vandaag operationeel. Deze satelliet is de eerste va...
04 december 2024 - NieuwsberichtEllen Verolme start 1 februari 2025 als directeur bij het Koninklijk Nederlands Meteorologisch In...
03 december 2024 - Nieuwsbericht