Mist past bij het Nederlands weerbeeld, vooral in de herfst en winter. Wel komt mist nu veel minder vaak voor dan vroeger. Dat komt niet door klimaatverandering, maar vooral doordat de lucht schoner is geworden door milieubeleid. Volgens de KNMI'23-klimaatscenario's blijft mist vrijwel net zo vaak voorkomen in een toekomstig, warmer Nederland als nu.
Mist bestaat uit kleine zwevende druppeltjes. Ze zijn kleiner en lichter dan regendruppels en blijven daardoor in de lucht rondzweven. Mist ontstaat als vochtige lucht sterk genoeg afkoelt en de waterdamp in de lucht condenseert tot waterdruppeltjes. Hetzelfde gebeurt als je met een bril vanuit de kou een warme ruimte binnenloopt en plots je bril beslaat. Vooral bij rustig en koud weer met weinig wind en bewolking kan de lucht dicht bij de grond heel makkelijk afkoelen. Hoe meer stofdeeltjes de lucht bevat, hoe makkelijker waterdamp condenseert.
In de herfst en winter komt mist zeer regelmatig voor, gemiddeld over het land zijn er vele tientallen mistdagen per jaar. In het noordoosten van het land komen de meeste mistdagen per jaar voor (bijna 100 dagen per jaar), in Zeeland de minste (minder dan 30 dagen per jaar). De Bilt zit ertussenin met iets meer dan 70 mistdagen per jaar (afbeelding 1). De definitie van een mistdag is dat het zicht op die dag gedurende minstens een uur minder dan 1000 meter is.
De nieuwe weersatelliet Meteosat 12 is vanaf vandaag operationeel. Deze satelliet is de eerste va...
04 december 2024 - NieuwsberichtEllen Verolme start 1 februari 2025 als directeur bij het Koninklijk Nederlands Meteorologisch In...
03 december 2024 - NieuwsberichtOp 30 november is het Atlantische orkaanseizoen officieel afgesloten. Dit jaar is het seizoen bij...
02 december 2024 - NieuwsberichtMet een gemiddelde temperatuur van 11,7 °C tegen een langjarig gemiddelde van 10,9 °C was de herf...
29 november 2024 - Nieuwsbericht