De afgelopen drie zomers hadden we te maken met droogte. Op 1 april begint weer een nieuw groeiseizoen, hoe houden we dit jaar de droogte in de gaten? Wereldwijd zijn er verschillende manieren om droogte te monitoren. Het KNMI hanteert het neerslagtekort. Vanaf dit jaar gebruiken we daarnaast een nieuwe neerslagindex: de SPI geeft informatie over zowel droge als natte condities gedurende het hele jaar.
Het afgelopen half jaar viel er landelijk gemiddeld ongeveer net zoveel neerslag als normaal. Hierdoor kon in grote delen van het land de grondwaterstand zich herstellen. Ook de hoge waterstanden in de rivieren en de sneeuw die halverwege februari viel en langzaam smolt hielpen mee de grondwaterstanden te verhogen. Op sommige plekken in het land, vooral op de hoge zandgronden, blijven de grondwaterstanden echter nog steeds zorgelijk.
Het KNMI gebruikt al tientallen jaren het neerslagtekort om droogte te monitoren. Hierin wordt het verschil berekend tussen de hoeveelheid regen die valt en hoeveel vocht er verdampt uit gras. Een van de nadelen van het neerslagtekort is dat deze alleen in het zomerhalfjaar zinvol is, in de winter verdampt er bijna geen vocht.
De neerslagindex SPI vergelijkt de hoeveelheid regen die is gevallen met wat er normaal aan regen mag worden verwacht
Daarom gebruiken we, net als veel andere landen wereldwijd, nu ook een nieuwe neerslagindex: Standardized Precipitation Index (SPI). De SPI geeft informatie over zowel droge als natte condities en is gedurende het hele jaar geldig. De index vergelijkt de hoeveelheid regen die is gevallen met wat er normaal aan regen mag worden verwacht. Voor droogtemonitoring is er wel een nadeel: er wordt geen rekening gehouden met verdamping. De SPI vormt dan ook een aanvulling op het neerslagtekort.
Op 1 april beginnen we met een neerslagtekort van 0 millimeter. De grafiek toont het actuele neerslagtekort, gemiddeld over het land, inclusief de verwachting voor de komende 15 dagen. De berekening van het neerslagtekort is in juni 2020 geactualiseerd. Ook is er, naast de grafiek, een dagelijkse kaart met regionale informatie van het neerslagtekort.
Of er sprake is van droogte, en hoe erg, kan van plaats tot plaats sterk verschillen
Droogte ontstaat niet in één dag, maar is een proces dat over langere tijd speelt. Of er sprake is van droogte, en hoe erg, kan van plaats tot plaats sterk verschillen. Tijdens droogte, kunnen een paar flinke regenbuien het gras weer groen kleuren, maar blijven grondwaterstanden nog laag. Dit heeft onder meer te maken met de grondsoort en begroeiing. Verder kan in laag gelegen polders water van rivieren worden aangevoerd, terwijl dat op hoger gelegen zandgronden met een lage grondwaterstand vaak niet kan.
Sinds dit jaar gebruikt de Landelijke Coördinatiecommissie Waterverdeling (LCW) ook de nieuwe neerslagindex SPI voor hun droogtemonitor. De LCW kijkt op basis van de verwachte rivierafvoeren, onze weersverwachting, het neerslagtekort en de SPI of er risico's zijn voor de watervoorziening en vaardieptes. Na de extreem droge zomer van 2018 spraken we Boris Teunis, adviseur crisisbeheersing en operationeel waterbeheer bij Rijkswaterstaat, over de aanpak van droogte.
Op woensdag 9 oktober 2024 heeft er een uitbarsting plaatsgevonden op de zon. Deze uitbarsting he...
10 oktober 2024 - NieuwsberichtWest-Europa krijgt donderdag 10 oktober te maken met een storm die nu nog als zware orkaan Kirk o...
09 oktober 2024 - NieuwsberichtOp zaterdag 5 oktober openden we voor de tweede keer onze deuren tijdens het Weekend van de Weten...
07 oktober 2024 - NieuwsberichtDe temperaturen op Spitsbergen, een archipel in het noordpoolgebied, blijven onder invloed van kl...
04 oktober 2024 - Klimaatbericht