Beter inzicht regen dankzij gsm-masten

Onderzoekers van het KNMI en Wageningen University & Research hebben kans gezien om regenkaarten te maken op basis van regenmetingen met gsm-masten. Het telefoonnetwerk blijkt uitstekend geschikt te zijn om te meten waar het regent en hoeveel regen er valt.

De regeninformatie kan worden afgeleid uit het signaal van straalverbindingen waarmee gegevens van de ene naar de andere gsm-mast worden verzonden. Aanbieders van mobiele telefonie monitoren de sterkte van dat signaal. Regen in het gebied tussen de gsm-masten leidt tot een zwakker signaal. De afname van de signaalsterkte vormt een maat voor de regenintensiteit. De onderzoekers hebben aan de hand van deze nieuwe methode landsdekkende regenkaarten kunnen maken over een periode van 2,5 jaar afgeleid uit data van 2000 straalverbindingen van T-Mobile NL. De kwaliteit van de Nederlandse regenkaarten is getoetst met beelden van de neerslagradar.

De telefonische regenmetingen leveren een schat aan gegevens op en vormen een belangrijke aanvulling op de bestaande metingen met regenmeters.

Vooral in ontwikkelingslanden in de tropen met weinig regenmeters en beperkte of geen radardekking kan het mobiele netwerk met zijn landelijke dekking een belangrijke informatiebron worden. Voor Nederland kunnen de telefonische regenmetingen gecombineerd gaan worden met radarbeelden en regenmeterdata. Dit kan de kwaliteit van regenkaarten fors verbeteren.

In een pilotstudie samen met GSMA hebben we regenkaarten voor Sri Lanka gemaakt en vergeleken met satellietbeelden. Met de data van straalverbindingen kunnen buien gedetailleerd in kaart worden gebracht, wat deze techniek veelbelovend maakt.

Het onderzoeksteam dat de studie met financiële steun van de Technologiestichting STW uitvoerde, heeft zijn bevindingen gepubliceerd in het wetenschappelijke tijdschrift Water Resources Research.