Uitleg over

Zomerse dagen

Een zomerse dag heeft een temperatuur van 25,0 graden of hoger.

Zomerse temperaturen van 25 graden of hoger komen in het binnenland op gemiddeld 24 tot 40 dagen per jaar voor, de meeste in het zuidoosten. Aan de kust worden gewoonlijk 12 tot 16 zomerse dagen gehaald. In warme zomers kan dat aantal ook daar tot 20 of 30 dagen en plaatselijk nog meer oplopen.

Mei telt in De Bilt gemiddeld (1991 tot 2020) vier zomerse dagen, juni vijf, juli negen, augustus acht en september twee. 

Aantal zomerse dagen in Nederland gemiddeld over het tijdvak 1991-2020 ©KNMI

Zomerse dagen in het zuiden

Het zuiden van ons land profiteert het meest van zomerse warmte. In Brabant en Limburg loopt de thermometer in bijzonder warme zomers alleen al in de drie zomermaanden op meer dan 45 dagen op tot boven de 25 graden. 

Aaneengesloten zomerse dagen

De langste aaneengesloten reeks noteerde De Bilt van 29 juli tot 15 augustus 1975 met een serie van 18 zomerse dagen. Het tijdvak 23 juni tot 9 juli 1976 leverde 17 zomerse dagen achter elkaar. Landelijk staat het record op een serie van 29 zomerse dagen tussen 12 juli en 9 augustus 2018 in Twenthe en Hupsel. 

Vroegste zomerse dagen

De vroegste zomerse datum in De Bilt sinds 1901 is 14 april 2007 met 27,6 graden. In het zuiden van ons land komt zomerse warmte soms al eind maart voor. Op 13 oktober 2018 was in De Bilt met 26,3 graden de laatste zomerse dag in het najaar.

   
Zachte dag 15,0 graden of hoger
Warme dag 20,0 graden of hoger
Zomerse dag 25,0 graden of hoger
Tropische dag 30,0 graden of hoger
Extreem warme dag 35,0 graden of hoger

Meer uitleg over

  • Het weercijfer geeft een beeld van de regionale kwaliteit van het weer (Bron: WeerOnline.nl)

    Weercijfers

    Het weercijfer is een eenvoudige methode om met behulp van één cijfer de kwaliteit van het weer te beschrijven.
  • Het weerstation op de fiets waarmee KNMI-onderzoeker Theo Brandsma onderzoek deed naar het warmte-eilandeffect van Utrecht ©KNMI

    Stadsklimaat

    Begin negentiende eeuw merkte de Londense chemicus en wolkenkenner Luke Howard als eerste op dat het klimaat in steden anders is dan in het gebied daarbuiten.
Niet gevonden wat u zocht? Zoek in alle uitleg over